jan 21, 2025
“Rotstekeningen van Curaçao, Aruba en Bonaire” is een studie die zich richt op de prehistorische en historische rotstekeningen op de eilanden Curaçao, Aruba en Bonaire. Deze tekeningen zijn gemaakt door de oorspronkelijke bewoners, zoals de Caquetío, en weerspiegelen hun culturele en spirituele wereld.
‘Ringma heeft gestreefd naar een inventarisatie van de rotstekeningen op de vindplaatsen welke hij bezocht. De serie schetsen, door hem in het veld gemaakt – door de schrijver aangevuld voor wat betreft enkele vindplaatsen welke niet door hem werden bezocht – vormt de basis van deze verhandeling. Daar het in vele gevallen zeer moeilijk bleek een objectief beeld te krijgen van hetgeen nog van de rotsschilderingen is overgebleven, werden tevens nog enkele schetsen opgenomen, door de schrijver in het veld gemaakt, welke voor een deel aan de hand van foto’s werden bijgewerkt. En tenslotte vinden wij in dit artikel nog een aantal foto’s zelve. Moge de aanschouwing van het materiaal, dat in deze eerste publicatie over oudheidkundige vondsten van leden van de „Natuurwetenschappelijke Werkgroep Nederlandse Antillen” zonder commentaar wordt aangeboden – in samenhang met de bestudering van nog andere overblijfselen van deze verdwenen cultuur – ons iets nader kunnen brengen tot de ons nog zo weinig bekende vroegere bevolking van de Benedenwindse Eilanden!’
jan 21, 2025
De oud-archieven van Curaçao, Bonaire en Aruba (1707-1828) bevatten stukken van een groot aantal instellingen op bestuurlijk terrein (politiek, juridisch, militair, religie) van deze eilanden. Tot de stukken behoren reeksen resoluties, notulen, rekesten met daarop genomen beslissingen en ook gerechtsrollen (met sententies). Verder zijn er journalen van gouverneurs en commandeurs, reglementen en instructies en aanstellingen van ambtenaren. Ook is er veel correspondentie, met name in de vorm van uitgaande brieven. Voor financiële instellingen als de weeskamer zijn er onder meer grootboeken, kasboeken, venduboeken en boedels. Van religieuze instellingen zijn er gegevens over dopen-, trouwen- en begraven. Er zijn protocollen van secretariële en notariële akten en akten van hypotheek. Het archief bevat ook vrijbrieven (manumissies) betreffende het officieel vrijkopen of vrijgeven van slaven. Tevens zijn er de nodige gegevens over de lokale scheepvaart (inclusief de kaapvaart): handel, stranding, passagiers, desertie e.d. Er zijn diverse eigentijdse toegangen als registers en repertoria.
Inhoud
INLEIDING
Literatuurlijst
Lijst van Afkortingen
INVENTARIS
HET OUD ARCHIEF VAN CURAÇAO, BONAIRE EN ARUBA
I. Archieven van Directeur en Raden, -1803;
van Commissarissen en Raden, 1803 – 1804
II. Archieven van de Gouverneur (Gouverneur-Generaal), van de Raad van Politie (Politieke Raad) en van de Raad van Civiele en Criminele Justitie, 1804 – 1828
a. Gouverneur (gouverneur-generaal), 1816 – 1827
b. Raad van Politie, 1804 – 1827
c. Raad van Civiele en Criminele Justitie
c.1 Raden-commissarissen “tot het houden der dingtalen”
c.2 Raad-fiscaal
III. Archief van Commissarissen van mindere questien en verschillen (de Kleine Raad), 1757 – 1815
IV. Archief van het college van Commercie en Zeezaken, 1803 – 1827
V. Secretariële en notariële protocollen, 1708 – 1828
VI. Archief van de Wees-, Onbeheerde en Desolate Boedelkamer, 1709 – 1827
VII. Oud-archief der administratie van financiën
a. Raad contrarolleur-generaal, 1816 – 1828
b. Ontvanger-generaal (hoofdontvanger), 1818 – 1823
c. Administratie van het Pensioenfonds voor ambtenaren, 1819 – 1827
d. Vendumeester, 1779 – 1827
VIII. Oud-archief van de Burgerlijke Stand, 1714 – 1831
IX. Archief van Bonaire, 1827 – 1828
X. Archief van Aruba, 1816 – 1830
XI. Gedeponeerde stukken
SUPPLEMENT OP HET OUD-ARCHIEF CURAÇAO, BONAIRE EN ARUBA (1924)
INLEIDING
INVENTARIS
I. Archieven van Directeur en Raden, 1709 – 1786
II. Archieven van de Gouverneur, van de Raad van Politie en van de Raad van Civiele en Criminele Justitie, 1820 – 1828
a. Gouverneur
b. Raad van Civiele en Criminele Justitie
V. Secretariële en notariële protocollen
VII. Oud-Archief der Administratie van Financiën
a. Raad boekhouder-generaal (Raad contrarolleur-generaal)
b Ontvanger-generaal (hoofdontvanger)
c. Ontvanger van zegelrechten (“stamp-duties”)
VIIA. Archief van de Magazijnmeester
VIIB. Archief van de militaire commandant
XI. Gedeponeerde stukken
SUPPLEMENT OP HET OUD-ARCHIEF VAN CURAÇAO, BONAIRE EN ARUBA (1934)
I. Archieven van Directeur en Raden, – 1803; van Commissarissen en Raden, 1803 – 1804
II. Archieven van de Gouverneur (Gouverneur-Generaal), van de Raad van Politie (Politieke Raad) en van de Raad van Civiele en Criminele Justitie, 1804 – 1828
a. Gouverneur (gouverneur-generaal)
b. Raad van Politie
c. Raad van Civiele en Criminele Justitie
IV. Archief van het College van Commercie en Zeezaken
V. Secretariële en notariële protocollen
VII. Archief der Administratie van Financiën
a. Raad contrarolleur-generaal
b. Ontvanger-generaal (hoofdontvanger)
c. Vendumeester
VIIA. Archief van de Magazijnmeester
VIIC. Archief van de Schutterij
IX. Archief van Bonaire
XI. Gedeponeerde stukken
BIJLAGEN
INDICES
jan 21, 2025
In ‘Monumenten en Standbeelden van de Nederlandse Antillen’ brengt Jennifer Smit de monumentale sculpturen van de Nederlandse Antillen in kaart.
Als onderdeel van het rijk der beeldende kunsten bergt de sculptuur talrijke dimensies in zich: verbeelding, herinnering, stedelijke bebouwing van alledag, publieke ruimte, creativiteit en historisch bewustzijn. De beeldhouwkunst van de monumenten en standbeelden van de Nederlandse Antillen geeft een dwarsdoorsnede van de geschiedenis van de twintigste eeuw. Op eigen karakteristieke wijze wordt vorm gegeven aan personen en gebeurtenissen, die in de geschiedenis op de één of andere manier een belangrijke rol hebben gespeeld. De monumenten en dus de gebeurtenissen en de personen die zij gedenken, eren en verbeelden, maken deel uit van het ‘collectieve geheugen’: ze zijn van iedereen. Sociale, politieke, literaire, wetenschappelijke, evenals religieuze en maatschappelijke items passeren in de rij van monumenten en standbeelden de revue. Zo komt de band met Nederland, maar ook die met het buurland Venezuela uitgebreid aan de orde, evenals het moment waarop de eigen helden worden geëerd. Door het bestuderen van de wijze van verbeelden en vormgeven wordt tevens een deelgebied van de kunst-geschiedenis van de Nederlandse Antillen in kaart gebracht.
Inhoud
Ten geleide
Inleiding
Monumenten in kunsthistorisch perspectief
Monumenten en Standbeelden
Curaçao
Bonaire
St. Maarten
St. Eustatius
Saba
Geraadpleegde literatuur
Fotoverantwoording
jan 6, 2025
Deze verhandeling in boekvorm bestaat hoofdzakelijk uit een serie lezingen over de muziek en de musici van de Nederlandse Antillen. Zij geeft in het algemeen slechts een summier overzicht van de ontwikkeling die zich voornamelijk afspeelde aan het begin van de negentiende eeuw tot heden (1978).
Deze beschrijving omvat zoveel mogelijk de oorsprong en de evolutie van wat er op de Antillen in het algemeen en op Curaçao in het bijzonder ontstaan is. Aan de oorsprong van de folkloristische dansen en de dansen van Europese afkomst wordt eveneens aandacht gewijd.
Een apart hoofdstuk is aan de oorsprong en evolutie van de kaha di orgel gewijd, aangezien dit instrument met zijn typische muziek nog steeds een bijzondere rol speelt in de Antilliaanse samenleving.
Van de meeste componisten en prominente musici is een beknopte biografie gegeven, alhoewel het riskant is over nog in leven zijnde musici en hun muziek te schrijven.
Voor onze populaire artiesten is een apart hoofdstuk ingeruimd.
Verder vindt men in het boek enige foto’s van oude manuscripten uit de negentiende eeuw.
Zoveel mogelijk zijn oudere musici van Curaçao geraadpleegd teneinde een meer betrouwbaar beeld te krijgen van wat er n de vorige eeuw op Curaçao op muziekgebied gebeurde.
Inhoud
Inleiding
Hoofdstuk I Een stem uit de “goeie ouwe tijd”.
Hoofdstuk II De tijd van “villancicos”, “areïtos”, “cantares” en de “cuatro”.
Hoofdstuk III De diverse invloeden.
Hoofdstuk IV Onze organisten.
Hoofdstuk V Muziekdrukkunst op Curaçao.
Hoofdstuk VI Muziekonderwijs in de 19e en 20e eeuw.
Hoofdstuk VII De evolutie van Antilliaanse muziek.
Hoofdstuk IX Onze toonkunstenaars.
Hoofdstuk X. De Jeugdconcerten.
Hoofdstuk XI. Onze populaire artiesten
Bibliografie
jan 6, 2025
Het boek “Bonaire: Van Indianen tot Toeristen” van Johan Hartog, gepubliceerd in 1957, biedt een uitgebreide geschiedenis van het eiland Bonaire. Het boek is een waardevolle bron voor iedereen die geïnteresseerd is in de rijke en diverse geschiedenis van Bonaire, van de vroegste bewoners tot de moderne toeristische industrie.
In het boek komen de volgende onderwerpen aan bod:
- Precolumbiaanse periode: Het boek begint met de beschrijving van de oorspronkelijke Indiaanse bewoners van Bonaire, hun cultuur en manier van leven.
- Koloniale geschiedenis: Hartog behandelt de komst van Europese kolonisten, de Spaanse en later Nederlandse overheersing, en de impact hiervan op de inheemse bevolking en het eiland zelf.
- Economische ontwikkelingen: Er wordt ingegaan op de evolutie van de economie van Bonaire, met nadruk op de zoutwinning, landbouw en veeteelt, en hoe deze sectoren het leven op het eiland hebben beïnvloed.
- Slavernij en emancipatie: Het boek bespreekt de periode van slavernij op Bonaire, de omstandigheden van de tot slaaf gemaakten, en de weg naar emancipatie.
- Moderne tijd: Hartog sluit af met de ontwikkeling van Bonaire tot een toeristische bestemming, waarbij hij de veranderingen in infrastructuur, cultuur en samenleving belicht die met het opkomende toerisme gepaard gingen.
Woord Vooraf:
Bij het verschijnen van het tweede deel van een serie boeken over de historie van de Nederlandse Antillen — dit deel speciaal over die van Bonaire — past een woord van waardering voor de schrijver dr. Joh. Hartog, die onvermoeid de gegevens verzamelt om de literatuur met een documentatie betreffende de historie van onze eilanden te verrijken. Speciaal voor wat betreft Bonaire heeft dr. Hartog hiermede geen gemakkelijke taak op zich genomen, aangezien tot nu toe helaas zeer weinig over de geschiedkundige, staatkundige en sociaal-economische ontwikkeling van Bonaire is gepubliceerd. Dit boek voorziet evenals het eerste deel in een vaak gevoelde behoefte; de inhoud ervan verschaft ons een schat van niet eerder algemeen bekende feiten en gegevens. Ik moge de stellige verwachting uitspreken, dat dit deel zowel in als buiten de Nederlandse Antillen een grote lezersschaar zal vinden.